Wat is nabestaandenpensioen?
Nabestaandenpensioen (NP) is een uitkering bij overlijden en bedoeld voor de achterblijvende partner en eventuele (minderjarige) kinderen. De uitkering voor de partner wordt ook wel partnerpensioen genoemd, dat voor de kinderen heet wezenpensioen. Het recht op nabestaandenpensioen bestaat vanaf het moment van overlijden. Daarbij is het niet van belang of de overleden en achterblijvende partner de Aow-leeftijd al hebben bereikt.
Er zijn verschillende soorten nabestaandenpensioen, die elkaar aanvullen: de Algemene nabestaandenwet (Anw), nabestaandenpensioen of partnerpensioen via de werkgever en een levensverzekering.
Pensioen uit de Algemene nabestaandenwet (Anw)
Iedereen, werkzaam of niet, is automatisch verzekerd voor de Anw. Hier hoeft u dus niets voor te doen. Deze wet geeft de nabestaanden een basisuitkering. Aan de uitkering zijn wel voorwaarden verbonden. Zo moet de overblijvende partner op de dag van overlijden de zorg hebben voor een kind jonger dan 18 en/of minimaal 45 procent arbeidsongeschikt zijn.
Partnerpensioen via de werkgever
Werkte uw partner in loondienst, dan heeft u vaak recht op een aanvullend partnerpensioen van de werkgever. Dit is een aanvulling op de uitkering uit de Anw.
Levensverzekering
Heeft u een levensverzekering, dan keert deze een bedrag uit na overlijden. De nabestaanden hebben hiermee een extra inkomen.
Hoogte van het nabestaandenpensioen
De hoogte van het partnerpensioen wordt onder andere bepaald door het arbeidsverleden van de overleden partner. Was de partner in loondienst en heeft de werkgever een partnerpensioenregeling getroffen, dan is er partnerpensioen opgebouwd bij het pensioenfonds van de werkgever. Zelfstandig ondernemers bouwen geen partnerpensioen op, tenzij hiervoor een regeling is getroffen in een beroepspensioenfonds.
Ook de burgerlijke staat is bepalend. Getrouwde of geregistreerde partners hebben automatisch recht op partnerpensioen. Samenwonenden moeten elkaar zelf aanmelden bij het pensioenfonds. Het kan ook verschil maken of de partner voor of na de pensioendatum overlijdt. En is de partner in het verleden gescheiden, dan gaat een deel van het partnerpensioen naar de ex-partner. Dit is het bijzonder partnerpensioen. Om te voorkomen dat uw ex-partner aanspraak maakt op uw partnerpensioen, moet de ex-partner afstand doen van het bijzonder partnerpensioen. Het is slim dit direct bij de scheiding te regelen.