6 juli 2017 – Met 41 procent vinden medewerkers in de zorg een reiskostenvergoeding de belangrijkste arbeidsvoorwaarde, kort daarop gevolgd door een dertiende maand (40 procent). Weinig doorgroeimogelijkheden is de grootste boosdoener voor vertrekkende zorgmedewerkers. Dat blijkt uit het Intermediair Imago Onderzoek 2017.

Medewerkers in de zorg kiezen vooral voor een andere werkgever als het ontbreekt aan doorgroeimogelijkheden (36 procent), het werk te weinig uitdaging biedt (33 procent) of wanneer de balans tussen werk en privé niet goed is (31 procent). Daarnaast zijn onvrede over het salaris (26 procent) en reisafstand (25 procent) belangrijke redenen om op zoek te gaan naar een nieuwe baan. Desondanks zijn zorgmedewerkers weinig arbeidsmobiel. Slechts 12 procent is actief op zoek naar een andere baan en 14 procent denkt binnen een jaar van werkgever te veranderen.

Als het gaat om de arbeidsvoorwaarden wordt, na vergoeding van reiskosten en een dertiende maand, betaald overwerk steeds belangrijker (34 procent). Hetzelfde geldt voor de mogelijkheid om parttime te werken (33 procent) en een tegemoetkoming voor trainingen en cursussen (28 procent). In het onderzoek van Intermediair is zorg de enige functiegroep die de reiskosten bovenaan plaatst. Zorgmedewerkers vinden parttime werken, betaald overwerk en een vergoeding voor trainingen en cursussen ook duidelijk belangrijker dan hoogopgeleiden in andere sectoren.

Favoriete werkgevers
Uit het onderzoek blijkt verder dat de GGZ, GGD, het AMC en St. Antonius Ziekenhuis binnen de zorg de meest favoriete werkgevers zijn. In de Intermediair Top 50 Favoriete Werkgevers staat de GGZ op de dertiende plek.

Door: Redactie Ambtenarensalaris